Een werknemer is verplicht om mee te werken aan zijn re-integratie, maar ook op de werkgever rust de plicht om voldoende re-integratie inspanningen teverrichten. Hiermee wordt bedoeld dat er inspanningen verricht moeten worden die redelijkerwijs van de werkgever verwacht konden worden. Deze inspanningen hebben in eerste instantie altijd het doel dat de werknemer terug kan keren in zijn eigen, dan wel aangepaste functie binnen het bedrijf.
Recentelijk speelde er een zaak bij de rechtbank Midden-Nederland waar een werkneemster stelde dat haar werkgeefster onvoldoende re-integratie inspanningen had verricht en dat werkgeefster dientengevolge ernstig verwijtbaar heeft gehandeld.
Werkneemster is sinds oktober 2018 in dienst bij werkgeefster en is sinds 2 september 2024 arbeidsongeschikt. Ondanks het feit dat werkneemster meerdere malen verzocht heeft om de arbodienst in te schakelen heeft werkgeefster dit niet gedaan. Ook betaalt werkgeefster het salaris van werkneemster niet of te laat en worden jaarlijkse cao-verhogingen niet toegepast. Vanuit het UWV werd werkneemster begeleid door een jobcoach. Deze is op locatie bij werkgeefster geweest, maar werd daar onbeschoft te woord gestaan.
De kantonrechter oordeelde in deze zaak dat de arbeidsrelatie geen toekomst meer heeft en dat werkgeefster niet heeft voldaan aan haar re-intergratieverplichtingen. Aan werkneemster kent de kantonrechter een billijke vergoeding toe met een bedrag dat overeenkomst met het loon dat zij zou hebben ontvangen tot het einde van de wachttijd bij volledige arbeidsongeschiktheid. Ook moet de werkgeefster loonstroken afgeven en de cao-verhogingen vanaf 1 januari 2019 toepassen. Werkgeefster wordt aansprakelijk gesteld voor eventueel achterstallig loon, vakantiegeld en eindejaarsuitkering. Ook als werkgever is het dus van belang om re-integratieverplichtingen serieus te nemen.
Advies arbeidsrecht advocaat nodig?